Versterken biodiversiteit
Opgave
Biodiversiteit is de verscheidenheid van het leven op aarde. Het gaat om de verschillende soorten planten, dieren, micro-organismen en schimmels, het genetisch materiaal dat zij bevatten, de levensgemeenschappen die zij vormen en de ecosystemen waarin zij leven. In het begrip ligt de nadruk vooral op de diversiteit aan genen, soorten en ecosystemen. Deze wordt bevorderd of de druk erop wordt verminderd.
Oplossingen
Limburgse boeren en tuinders hebben de volgende oplossingen in huis voor deze opgave:
Bij het realiseren van natuur- en landschapsdoelen kijken overheden meestal in eerste instantie naar TBO’s, terwijl de agrarische sector vaak ook uitstekend in staat is deze doelen te helpen realiseren. Geef de agrarische sector daarom gelijke kansen om – waar nodig samen met TBO’s – deze doelen te helpen realiseren. Zo wordt tegelijkertijd een duurzaam verdienmodel voor de land- en tuinbouw een stap dichterbij gebracht.
Door ingrepen in het landschap, bijvoorbeeld graften, voorkomen agrariërs dat hun percelen afspoelen.
Gerelateerde opgaven
Door in te zetten op een hoger organisch stofgehalte wordt het bodemleven versterkt, wat zorgt voor een vitale bodem en betere bodemweerbaarheid.
Versterking van de bodemweerbaarheid door in te zetten op bodemgezondheid, op basis van onder andere een slimme inzet van dierlijke meststoffen (door onder meer precisiebemesting) en betere of andere bodembewerking.
Optimaliseren van de watervoering via kanalen en sloten zorgt voor een adequate afvoer bij te veel water (denk ook aan maaien).
Gerelateerde opgaven
Stimuleren van technieken en goed management om emissies zoveel mogelijk te beperken. Samen met overheid en deskundige bureaus ontwikkelen van technieken voor meten op stal- of bedrijfsniveau. Inzet op doel- in plaats van middelvoorschriften (verantwoordelijkheid en keuze bij agrarische ondernemer).
De agrarische sector werkt via diverse samenwerkingsverbanden en plannen van aanpak aan de reductie van stikstof, om de invloed daarvan op de natuur zoveel mogelijk te beperken.
Een gedeeltelijke overgang van fossiele grondstoffen naar biogrondstoffen, is een belangrijke route richting reductie van broeikasgasemissies. De land- en tuinbouw zijn zo de basis van een nieuwe, duurzame (biocirculaire) economie.
Gerelateerde opgaven
- Instandhouding kwetsbare natuur / habitats
- Waterbeschikbaarheid verhogen
- Een gezonde en weerbare bodem
- Klimaatadaptatie
- Mooi, aantrekkelijk en divers landschap
- (Goede) kwaliteit grondwater
- Betere positie van producent in de keten
- (Goede) kwaliteit oppervlaktewater
- Ecologisch duurzame land- en tuinbouw
- Energiebesparing en duurzame opwekking
- Kringlooplandbouw
De toenemende vraag naar alternatieve (bio)grondstoffen vanuit de industrie leidt mogelijk tot nieuwe afzetmarkten voor plantcomponenten.
Gerelateerde opgaven
- Instandhouding kwetsbare natuur / habitats
- Waterbeschikbaarheid verhogen
- Een gezonde en weerbare bodem
- Mooi, aantrekkelijk en divers landschap
- Betere positie van producent in de keten
- (Goede) kwaliteit grondwater
- (Goede) kwaliteit oppervlaktewater
- Ecologisch duurzame land- en tuinbouw
- Energiebesparing en duurzame opwekking
- Kringlooplandbouw
Natuurinclusieve landbouw is een vorm van duurzame landbouw die uitgaat van een veerkrachtig voedsel- én ecosysteem, optimaal gebruik maakt van de natuurlijke omgeving (het ‘natuurlijk kapitaal’) en deze integreert in de bedrijfsvoering. Natuurinclusieve landbouw produceert voedsel binnen de grenzen van natuur, milieu en leefomgeving en heeft een positief effect op de biodiversiteit.
Gerelateerde opgaven
- Een gezonde en weerbare bodem
- Mooi, aantrekkelijk en divers landschap
- Aantrekkelijke bedrijven in een aantrekkelijke leefomgeving
- Ruimte om te ondernemen
- Economisch duurzame land- en tuinbouw
- Producten gericht op lokaal en natuurlijk
- (Goede) kwaliteit grondwater
- (Goede) kwaliteit oppervlaktewater
- Ecologisch duurzame land- en tuinbouw
- Kringlooplandbouw
Door meer maatwerk op gebiedsniveau kan worden ingespeeld op de behoeften en inpassing in het gebied. Voor het ene gebied betekent dit verduurzaming door intensivering: meer voedsel produceren met minimale input en uitstoot per product. Voor het andere juist extensiveren: met meer input en uitstoot per product, met daarbij de keus om minder te produceren en verdienvermogen te behouden door een combinatie van functionaliteiten, bijvoorbeeld agrarisch en recreatie.
Gerelateerde opgaven
- Instandhouding kwetsbare natuur / habitats
- Producten gericht op verwaarding reststromen
- Waterbeschikbaarheid verhogen
- Producten gericht op lokaal en natuurlijk
- Een gezonde en weerbare bodem
- Smaak, uiterlijk en prijs
- Klimaatadaptatie
- Gemaksvoeding
- Mooi, aantrekkelijk en divers landschap
- Gezonde voeding / producten gericht op inhoudsstoffen
- Ontspanning, rust en vrijheid
- (Goede) kwaliteit grondwater
- Aantrekkelijke bedrijven in een aantrekkelijke leefomgeving
- (Goede) kwaliteit oppervlaktewater
- Wateroverlast voorkomen
- Beperken van gezondheidsrisico’s
- Ecologisch duurzame land- en tuinbouw
- Producten met meer dierwelzijn
- Duurzame voeding / producten gericht op kleinere ecologische footprint
- Kringlooplandbouw
De land- en tuinbouw kunnen koolstofdioxide (CO2) vastleggen en langdurig opslaan in de plant, het gewas en de bodem.
De agrarische sector kan water vasthouden of conserveren op momenten dat er (meer dan) voldoende water is via bijvoorbeeld boerenbuffers en -stuwen. Zo is er meer water beschikbaar tijdens de droge periodes.
Perspectieven
De aarde, consumenten, buren & burgers en de Limburgse economie geven de land- en tuinbouw opgaven mee voor de toekomst. Deze opgaven staan soms op gespannen voet met elkaar. Hierdoor staan onze boeren en tuinders voor grote uitdagingen. Maar ze zien ook perspectieven! Voor versterking van de biodiversiteit zijn dit de volgende:
- Bied ruimte aan innovaties en faciliteer samenwerking en kennisdeling.: Wet- en regelgeving, maar ook verzuiling in sectoren, blokkeren de weg naar innovaties. Door samenwerking en experimenteerruimte komen innovaties sneller van de grond en worden kansen benut.
- Breng gevolgen voor land- en tuinbouw in beeld: Breng bij beleid en programma’s en (grote) projecten voor het buitengebied de gevolgen voor de land- en tuinbouw in beeld. Wat zijn de gevolgen qua oppervlakte, kosten, marktpositie en sociaal? Werk ook uit hoe negatieve gevolgen voor land- en tuinbouw gemitigeerd kunnen worden.
- Investeer in kennis, onderwijs en onderzoek: Faciliteer de samenwerking tussen studenten, onderzoekers en ondernemers en investeer in goed onderwijs op alle niveaus, doorlopende leerlijnen en een leven lang ontwikkelen. Want zo wordt talent gebonden en geboeid. Investeer ook in een kennisinfrastructuur die innovaties mogelijk maakt.
- Ondersteun de beweging naar een duurzamer, gezonder en eerlijker voedselsysteem: Boeren en tuinders hebben als primair producent hierin een cruciale rol. Goed functionerende voedselketens stellen boeren en tuinders in staat een behoorlijk inkomen te verdienen. Hierdoor kan waarde worden gecreëerd voor economische groei, de samenleving en het bedrijfsleven.
- Voer een echte dialoog met de sector: Participatie staat hoog in het vaandel van overheden (gemeenten, provincie, waterschap). Maar dit leidt te vaak tot grote sessies of het accent op digitale inspraak. Het is wenselijk dat met de landbouwsector, als belangrijkste stakeholder én grondeigenaar in het buitengebied, een echte face-to-face dialoog wordt gevoerd voor rurale plannen, programma’s en (grotere) projecten.
- Waardeer maatschappelijke diensten: Land- en tuinbouw dragen bij aan de oplossingen voor vele opgaven, ook maatschappelijke, zoals natuur, landschap, rust, welzijn en wateroverlast. Maar de markt betaalt die opgaven beperkt of niet. Zorg daarom voor evenwicht tussen maatschappelijke opgaven en beschikbare financiële middelen.
- Werk integraal: Kijk bij voorgenomen plattelandsbeleid, -programma’s en -projecten naar de gevolgen in de breedte en check op tegenstrijdigheden. Betrek ondernemers, andere belanghebbenden én andere overheden. Maak vervolgens eenduidige keuzes en betrek daarbij ook opgaven en uitdagingen die niet (direct) tot de bevoegdheden van het bevoegd gezag horen. Op het agrarisch bedrijf komen al die opgaven en uitdagingen immers samen.
- Zorg voor zuinig ruimtegebruik: Beperk grondclaims zoveel mogelijk en zet, indien nodig, in op multifunctioneel grondgebruik, waarbij gronden in agrarisch bezit en gebruik blijven (waar nodig met beperkingen).
Bovenstaande randvoorwaarden stellen onze sector in staat een belangrijke bijdrage te leveren aan versterking van de biodiversiteit en daarmee aan de aardeopgaven.